Am Dm Am Dm
Am C E
Am Am/E Am
[Verse 1]
Am/E F7 Am F7 E7 E7 Am E
Het regent nog altijd in oktober, nog altijd als in ’t oude Rome
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am
en nog altijd vallen in oktober, de blaren van de bomen.
Dm7 G C Am Dm Dm/C E E
De winter koud, de zomer warm, daaraan verhelpen geen dromen;
Dm G C Am Dm7 Dm7 E7 E7
de mensen rijk, de mensen arm, nog altijd als in ’t oude Rome.
[Chorus]
Am F7 Am F7 Am F7 E7 E7
Maar je mag van Vadertje Staat er een liedje over zingen,
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am/E Am
wie in zijn liedje stoom afblaast die doet geen gevaarlijker dingen.
Am/E
[Verse 2]
Am F7 Am F7 E7 E7 Am E
Ze dromen van vrede sinds tweeduizend jaar maar langs alle wegen en straten
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am
trekken, als monsters, log en zwaar, kanonnen en soldaten.
Dm7 G C Am Dm Dm/C E E
Voor keizer of voor president, op laarzen of sandalen,
Dm G C Am Dm7 Dm7 E7 E7
toen ’t legioen, nu ’t regiment, ze kunnen ’t nog altijd niet laten.
[Chorus]
Am F7 Am F7 Am F7 E7 E7
Maar je mag van Vadertje Staat er een liedje over zingen,
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am/E Am
wie in zijn liedje stoom afblaast die doet geen gevaarlijker dingen.
Am/E
[Verse 3]
Am F7 Am F7 E7 E7 Am E
Ze dromen van vrijheid sinds tweeduizend jaar, als slaven in ’t oude Rome,
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am
maar de vrijen verknechten altijd elkaar en laten de dichters dromen.
Dm7 G C Am Dm Dm/C E E
Die zingen daarover lied na lied, de dichters zijn onze ventielen,
Dm G C Am Dm7 Dm7 E7 E7
een liedje verandert de wereld niet, het heelt niet wat heersers vernielen.
[Chorus]
Am F7 Am F7 Am F7 E7 E7
Maar je mag van Vadertje Staat er een liedje over zingen,
Am F7 Am F7 E7 E7 Am Am/E Am
wie in zijn liedje stoom afblaast die doet geen gevaarlijker dingen.
Am/E